Japanse keepster trainde maand mee met de Academie, een mooie leerschool voor beiden

Japanse keepster trainde maand mee met de Academie, een mooie leerschool voor beiden

13.010,20 km van huis. Vier weken lang. De Japanse keepster Aki Ueshima ging het avontuur aan. Het doel: een betere keepster worden en dat bracht haar naar Arnhem. Een maand lang trainde ze mee met de grootste talenten van Nederland. Op de Handbal Academie leerde zij van hen en andersom!

Een beetje verlegen begint ze haar verhaal. “Ik heb mijn coach verteld dat ik graag naar het buitenland wilde gaan. Zij heeft toen contact gelegd met meerdere coaches en raadde mij de Handbal Academie aan.” De connectie tussen de coach van het Japanse universiteitsteam waar Aki speelt en de Academie verliep via handbalkenner Henny Nijboer. Tijdens de Raalte Week waren zij eerder met elkaar in contact gekomen.

Vier weken geleden kwam de 21-jarige Aki daadwerkelijk in het koude Nederland aan. “I like it here”, zegt ze met een grote lach op haar gezicht. “Iedereen op Papendal is zo aardig en vriendelijk. Ik kan niet zo goed Engels, maar voelde mij heel welkom”. Voor de Academie was het ook nieuw. Vaker trainen er spelers of speelsters mee voor een paar dagen of een week, maar een maand, zolang was nog niemand gebleven.

“We zijn blij dat Papendal de mogelijkheid biedt om talenten hier zo lang te vestigen. Het is ons erg goed bevallen om een Japanse doelvrouw in ons midden te hebben. Één keer in de zoveel tijd is het goed om nieuwe invloeden te krijgen. Daar leren onze talenten van”, vertelt trainer Ricardo Clarijs. Wat ze precies geleerd hebben? Daarover later meer.

Het is inmiddels 17:35 uur. In de gang voor de sporthal pakt Aki haar mobiel. Ze opent een vertaalapp en vertelt over de verschillen tussen de trainingen in Nederland en Japan. “Ik had hier elke dag spierpijn”, zegt ze lachend. “Hier train ik veel meer dan in mijn land. Daar heb ik één krachttraining per week, afgelopen weken drie keer per week. Ik ben een stuk sterker geworden.”

Het trainingsmenu zoals Aki het noemt beviel haar ook goed. Meer kleinere oefeningen met veel afwisseling. “Ik voelde mij elke dag fris, want elke dag kreeg ik andere trainingen. De coaches zijn ‘highly professional’ en denken elke dag na over hoe ze je nog beter kunnen maken.”

Ook op het keepersvlak heeft ze nieuwe inzichten gekregen. “In Japan hebben we niet veel lange speelsters. In het begin wist ik niet hoe ik mijn lichaam moest bewegen als speelsters hard schoten met een lange arm. Ik heb gewerkt aan de jumping save, mijn timing en mijn keepersbewegingen.”

Maar het belangrijkste verschil is dat ze in Japan geen keeperstraining krijgt en op het opleidingsinstituut van de Academie wel. “Zo vaak specifieke trainingen is ze niet gewend. Het is voor haar iets bijzonders dat ze zoveel individuele aandacht krijgt”, legt Clarijs uit.  

“Maar Aki is ook goed voor ons geweest”, benadrukt de coach. “Ze is een keepster met een andere keeperstechniek. In het begin hadden onze hoeken het moeilijk met haar afwachtende stijl. Ze keepte veel op reactie. Dat was even schakelen voor onze speelsters.”

Andersom heeft Aki ook belangrijke lessen geleerd. “Door de trainingen is ze nu een slimmere keepster geworden. Ze heeft geleerd om schoten meer af te dwingen en tactische keuzes te maken. Die punten neemt ze straks mee naar huis, een andere manier van keepen.”

Maar voordat dat zover is staat de laatste training op het programma. De klok tikt 17:45 uur aan. Het is tijd om de voorbereiding op de training te beginnen. Haar ploeggenoten op de Academie maken zich al klaar. De groep verzamelt zich in een kring. Hun handen worden in het midden van de cirkel bij elkaar gebracht. “3, 2, 1, AKI”, klinkt het door de zaal. Met een lach van oor tot oor begint Aki aan haar laatste training. De spierpijn neemt de keepster, die deel uit maakte van Japan U20, op de koop toe.